Flynn had totaal geen problemen gehad met die missie die hem deze keer opgelegd was – al had hij amper begrepen wat precies de bedoeling was geweest. Hij was de nogal chique bar ingegaan, zoals beloofd, en had geprobeerd zo onopvallend mogelijk te zijn – dat ging hem overigens een stuk gemakkelijker af dan hij gedacht had, in dat pak dat hij droeg. Iedereen leek hier uitgedost te zijn alsof het hier allemaal een groot feest was en, tja, dan daagde je Flynn behoorlijk uit zich ook zo te gedragen. En dat al helemaal wanneer dit alles geregeld werd door een zekere geheime organisatie.
Hij was de tel kwijt geraakt, dus hij had geen idee aan het hoeveelste glas champagne hij zojuist begonnen was, maar het was genoeg geweest om hem de reden van zijn bestemming in deze bar te doen vergeten. Ging goed, die missie. Waarschijnlijk had hij zich voor zijn kop geslagen als hij nuchter geweest was. Helaas, Flynn was die nuchtere periode al een tijdje voorbij, maar wat maakte het ook uit, hij viel in ieder geval niet op tussen alle andere chique geklede mensen die giechelend met hun dure glazen elkaar de hemel in prezen en in een stomme bui vertelden hoeveel geld er wel niet in hun kluizen lag. Zulke gesprekken afluisteren was waarschijnlijk niet de missie die hij diende uit te voeren. Hij had wel vaag het idee dat hij hier zat met een reden, maar wat dat precies was? Het zou vast niet belangrijk genoeg geweest zijn om te onthouden.
Enkele barkrukken naast hem had zojuist een jongedame plaatsgenomen. Flynn kende haar niet, of misschien lag dat aan de staat waarin hij verkeerde, maar ze was voor hem interessant genoeg om aan te spreken, en aangezien hij toch niets beters te doen had, stond hij op, om vervolgens naast haar plaats te nemen. ‘Goedenavond,’ was het eerste dat hij zei. Hé, zijn gedachten waren niet helemaal helder meer en wanneer dat bij Flynn het geval was en hij niet zo goed meer was in nadenken, waren zijn begroetingen ook niet ontzettend origineel. Blame it on the alcohol.